dinsdag 10 maart 2015

Een Tulp en een Narcis en een Hyacint….

Zo begint het liedje van de kleuterschool dat mij nog altijd te binnen schiet wanneer het lente begint te worden. En met de eerste mooie zondag van dit jaar lijkt ‘ie al begonnen! De dagen worden langer en de zon begint meer en meer te schijnen. Ik snak naar frisse lucht. Geen excuses meer om binnen te blijven, TV uit en tijd om naar buiten te gaan. Ik wil zon, kruipende beestjes, af en aan vliegende vogels, opkomende bloemknoppen en groene bomen. Ik wil natuur!

Buiten in de natuur, spelen en stiekem nog wat leren ook!
Wat blijkt? Ik ben niet de enige die graag naar buiten gaat. Uit onderzoek blijkt dat 80% van de kinderen blij wordt van buitenspelen. Buiten kunnen kinderen lekker uitwaaien en hun hoofd leegmaken. Bovendien krijgen kinderen beweging, frisse lucht en vitamine D en is het goed voor hun ontwikkeling: ze worden veel meer uitgedaagd om zelf spel te ontwikkelen en ontdekken. Een open deur maar: buiten zijn is op allerlei manieren goed voor kinderen! Maar wat als je (opvang)kind nou niet zo’n buiten-ravotter is?

Prikkel alle zintuigen!
Ook voor kinderen die niet per se door de modder willen glijden of in bomen klimmen, kan het heerlijk buiten spelen en ontdekken zijn. Je kunt samen met je (opvang)kind bijvoorbeeld eens naar het bos, de hei of een ander buitengebied gaan en samen de natuur met al je zintuigen beleven. Klinkt zweverig?

Nee hoor, loop maar eens door het bos en probeer samen te ruiken hoe het bos in de lente ruikt. Op die manier ontdek je samen met je kind weer nieuwe dingen en beleef je ‘buiten’ weer eens op een andere manier. Maar hoe prikkel je al die zintuigen dan? Hier zijn wat tips van Natuurmonumenten: 

Zien:                Kinderen kijken graag naar alles wat beweegt of een uitgesproken vorm heeft. Zoals bewegende takken, schaduwen en vogels. Leg een baby op een mooie dag eens buiten onder een boom. Je zult zien dat je (opvang)baby het prachtig vindt!

Horen:             Luister naar het ruisen van de wind, het ritselen van de bladeren, een kabbelend beekje, vogeltjes die fluiten.  

Voelen:            Er is zo veel te voelen buiten: het zachte mos, de ruwe boomschors, gekartelde blaadjes of gladde steentjes.

Ruiken:            Elk seizoen ruikt weer anders. Wie kent niet de geur van het bos na een regenbui, gemaaid gras of bloeiende lavendel? Laat je (opvang)kind ruiken aan de verschillende bloemen en kruiden.

Proeven:          Aardbeien, tomaten of komkommertjes die groeien in je eigen tuin. Laat je kind de rijpe vruchtjes plukken en lekker opsmikkelen. Of ga naar het bos op zoek naar bosbessen of bramen!

En ik? Ik geniet van de eerste heerlijke zonnige dagen in maart. Met al mijn zintuigen ga ik lekker naar buiten! Laat maar komen die lente!